7 beleggingstips van Howard Marks
De twee vragen die altijd opkomen zodra iemand hoort wat ik doe, behalve dan "heb je goede aandelentips?", zijn:
Wat vind jij van de beurs vandaag?
Hoe vind ik goede aandelen om in te beleggen?
De eerste vraag is de lastigste. Ik voel me dan net een econoom: aan de ene kant... maar aan de andere kant...
Ik heb geen idee waar de beurs naartoe gaat. Bovendien is dit een van de vreemdste situaties die ik in de 25 jaar dat ik actief ben op de beurs ben tegengekomen. Al zou het kunnen dat ik in de eerste vijf jaar niet goed heb opgelet (tijdens de dotcomperiode). Vandaag zie ik een markt waarin we aan de ene kant uitbarstingen van euforie meemaken, terwijl aan de andere kant bedrijven onterecht voor dood worden achtergelaten.
Over de afgelopen twintig jaar zag je dat alles eerder in één beweging steeg of daalde. "A rising tide lifts all boats" is daar een mooie uitdrukking voor. Alles bewoog toen redelijk samen, als eb en vloed.
Nu zien we echter delen van het strand waar het water tegen de dijk slaat, terwijl andere delen droogliggen zoals nooit tevoren — waar je de meest bijzondere schelpen kunt vinden.
Hoe staat de beurs er vandaag voor en waar gaat het naartoe? "Only time will tell," zoals de Engelsen zeggen.
Voor de tweede vraag verwijs ik graag naar een memo van Howard Marks uit 1994. Daarin geeft hij zeven ideeën om in gedachten te houden bij het zoeken naar goede aandelen.
1. Geen enkele sector of groep bedrijven op de beurs heeft het geboorterecht om altijd hoge rendementen te halen.
Dit idee lijkt vandaag zeer relevant. Vergeet niet dat elk bedrijf een levenscyclus heeft. Die begint bij een idee, gevolgd door de bevestiging dat het werkt, snelle groei, trage groei, en uiteindelijk stilstand of achteruitgang.
Voor sommige bedrijven duurt dit proces slechts enkele jaren, voor andere decennia.
Sommige bedrijven slagen erin zich onderweg een paar keer opnieuw uit te vinden.
Maar uiteindelijk zal elk bedrijf met hoge marges sterke concurrentie aantrekken, geconfronteerd worden met veranderend klantengedrag, disruptie door nieuwe technologieën of overheidsregulering.
2. Het belangrijkste is niet in wat je investeert, maar wanneer en tegen welke prijs.
Begrijp dit niet verkeerd. Hij bedoelt niet dat je geen onderzoek moet doen, maar dat er in essentie geen intrinsiek goede of slechte beleggingen zijn. Hij zegt ook niet dat je moet proberen de markt te timen. Het gaat eerder om waar het bedrijf zich bevindt in de cyclus van zijn levensloop of van de prijs.
Een aandeel van het beste bedrijf kan een slechte belegging zijn als je er te veel voor betaalt. Aan de andere kant kan een aandeel van een slecht bedrijf een geweldige belegging zijn, mits je het goedkoop genoeg koopt.
3. De belangrijkste factor in beleggen is niet economie of boekhouding maar psychologie.
Hij vergelijkt beleggen met een populariteitswedstrijd. Het grootste gevaar is het kopen van een aandeel op het hoogtepunt van zijn populariteit.
Op dat moment zijn alle positieve verwachtingen al in de prijs verwerkt, en zijn er nog maar weinig nieuwe kopers.
Het veiligste is om een aandeel te kopen wanneer niemand het wil. Na verloop van tijd kan de populariteit, en daarmee de prijs, alleen maar toenemen.
4. Kortom je kan best beleggen als een contrarian
Een belegging waarvan "iedereen" weet dat die goedkoop is, is een contradictie. Als iedereen weet dat het goedkoop is, waarom hebben ze het dan nog niet gekocht en de prijs opgedreven? En als ze dat al gedaan hebben, waarom is de prijs dan nog steeds zo laag?
5. Ga die weddenschap aan die niemand anders wil
Een herhaling van punt drie: als iedereen hetzelfde aandeel wil, wordt het lastig voor dat aandeel om aan de hoge verwachtingen te voldoen.
Daarentegen kun je aandelen die niemand wil zo goedkoop kopen dat het voor deze aandelen makkelijker wordt om aan de verwachtingen te voldoen.
6. Zoals Warren Buffett het heeft gezegd “Met hoe minder zorg anderen hun zaken in orde houden, hoe meer zorg jij aan de jouwe moet besteden” Als anderen angstig zijn, dan moet jij dat niet zijn, maar als ze niet angstig zijn, dan kan jij het beter wel zijn.
De beurs, of beter gezegd de bewegingen op de beurs, worden op elk moment gedreven door angst en hebzucht.
In tijden van angst zijn de aandelenprijzen zo laag dat je weinig onderzoek hoeft te doen. Het is vaak voldoende om goedkoop te kopen en te wachten.
Maar wanneer hebzucht overheerst, heeft de intelligente belegger (volgens Graham en Marks) veel meer werk.
7. De wet van Gresham stelt dat de omloop van “slecht geld” die van “goed geld” verdringt. Dit was zo wanneer papiergeld goud heeft verdrongen en het werkt bij beleggen ook. Slechte beleggers duwen goede er uit.
Wanneer er beleggers opduiken die niet kritisch zijn en alles kopen, wordt het voor veeleisende beleggers moeilijker om kansen te vinden met de gewenste balans tussen risico en rendement.
Vandaag zien we veel beleggers, actief of passief, die allemaal in dezelfde aandelen beleggen. Daar is het lastig om goede kansen te ontdekken.
Aan de andere kant zijn er aandelen die niemand wil, maar toch winstgevend zijn, groeien en een lage schuldgraad hebben. Hier is het makkelijker om kansen te vinden.
Howard Marks benadrukt vooral het belang van onafhankelijk denken.
Mijn conclusie
Voor mij ligt de focus niet op de beurskoers zelf, maar op hoe die zich verhoudt tot de faire waarde. Door hierop te concentreren en voldoende veiligheidsmarge te eisen, kun je ongelukken vermijden.
Het kopen van geweldige bedrijven, wat we natuurlijk het liefst doen, zal moeten wachten. Vandaag richten we ons vooral op goedkope bedrijven, waarbij we het neerwaartse risico goed kunnen inschatten.