Inleiding
“When in Rome, do as the Romans do,” luidt een bekend gezegde. Dit betekent dat je de taal en gebruiken van een samenleving moet begrijpen om effectief deel te nemen. Hetzelfde geldt voor beleggen: voordat je de investeringswereld betreedt, moet je de taal van bedrijven spreken.
En wat is de taal van bedrijven? Cijfers.
Bedrijven communiceren met beleggers via cijfers. Als je deze taal niet begrijpt, is beleggen een doolhof: je weet niet waar je bent en hoe je eruit moet komen. Maar goed nieuws: als je je eigen loonbrief begrijpt, kun je ook financiële overzichten leren lezen.
De basis is niet moeilijk en zeker geen hogere wiskunde.
Deze les werd te lang, waardoor ik deze in twee delen heb gesplitst. Vandaag starten we met de cijfers van het bedrijf samengevat in drie kernrapporten:
De Balans – laat zien wat een bedrijf bezit en hoe het gefinancierd is.
De Resultatenrekening – toont hoe winstgevend een bedrijf is.
De Cashflowtabel – laat zien hoe geld door het bedrijf stroomt.
Samen vertellen deze documenten hoe een bedrijf presteert, hoe het zijn middelen beheert en of het financieel gezond is. Beleggers die deze documenten kunnen lezen, krijgen een enorme voorsprong in het identificeren van sterke en zwakke bedrijven.
Volgende week volgen dan de ratio’s die we uit deze rapporten kunnen halen.
Laten we elk van deze overzichten grondig analyseren.
1. De Balans
De balans is een momentopname van een bedrijf en laat zien wat het bezit (activa), wat het verschuldigd is (passiva) en hoeveel van de waarde aan de aandeelhouders toebehoort (eigen vermogen).
De fundamentele vergelijking van een balans is:
Dit betekent dat alles wat een bedrijf bezit, wordt gefinancierd door schulden of door het geld van de eigenaren (aandeelhouders).
De balans wordt traditioneel opgedeeld in twee delen:
Activa (bezittingen van het bedrijf)
Passiva (schulden + eigen vermogen, oftewel de financieringsbronnen)
1.1 Activa: Wat bezit het bedrijf?
A. Vaste Activa (Non-Current Assets)
Vaste activa zijn bezittingen die langer dan één jaar meegaan. Ze worden niet direct verkocht, maar zijn nodig om de bedrijfsactiviteiten draaiende te houden.
Voorbeelden van vaste activa:
Materiële vaste activa: Grond, gebouwen, machines, transportmiddelen.
Immateriële activa: Octrooien, handelsmerken, goodwill (betaalde meerwaarde bij overnames).
Financiële activa: Aandelen of obligaties van andere bedrijven waarin wordt geïnvesteerd.
Vaste activa worden meestal afgeschreven, wat betekent dat hun waarde over de tijd wordt verminderd in de boekhouding.
B. Vlottende Activa (Current Assets)
Vlottende activa zijn bezittingen die binnen een jaar in geld kunnen worden omgezet.
Voorbeelden van vlottende activa:
Kasgeld en banktegoeden: Direct beschikbare cash.
Handelsvorderingen (debiteuren): Geld dat klanten nog moeten betalen.
Voorraden: Grondstoffen, halffabricaten en afgewerkte producten die nog moeten worden verkocht.
De vlottende activa tonen hoe snel een bedrijf liquiditeit kan genereren om operationele kosten te dekken.
1.2 Passiva: Hoe wordt het bedrijf gefinancierd?
A. Schulden (Liabilities)
Schulden zijn de verplichtingen van een bedrijf, oftewel wat het moet terugbetalen aan anderen.
1. Kortlopende schulden (Current Liabilities)
Schulden die binnen één jaar moeten worden terugbetaald, zoals:
Crediteuren (leveranciersschulden): Bedragen verschuldigd aan leveranciers.
Kortlopende leningen: Schulden die binnen een jaar vervallen.
Belastingschulden: Te betalen belastingen en sociale bijdragen.
2. Langlopende schulden (Non-Current Liabilities)
Schulden die langer dan één jaar lopen, zoals:
Bankleningen met lange looptijd.
Uitgegeven obligaties: Schuldbewijzen die beleggers kopen.
B. Eigen Vermogen (Equity)
Het eigen vermogen is het geld dat toebehoort aan de aandeelhouders. Dit bestaat uit:
Geplaatst kapitaal: Geld dat aandeelhouders hebben geïnvesteerd.
Uitgiftepremies: Extra betaalde bedragen bij aandelenuitgiftes.
Ingehouden winsten: Winst die niet als dividend is uitgekeerd en opnieuw in het bedrijf wordt geïnvesteerd.
Het eigen vermogen is cruciaal, omdat het laat zien in hoeverre een bedrijf zichzelf kan financieren zonder afhankelijk te zijn van schulden.
2. De Resultatenrekening: Hoeveel winst maakt het bedrijf?
De resultatenrekening laat zien hoeveel geld een bedrijf verdient, welke kosten het maakt en wat de uiteindelijke winst is.
De kernformule van de resultatenrekening:
Belangrijke Onderdelen van de Resultatenrekening
A. Omzet (Revenue / Sales)
De totale inkomsten uit verkopen van producten of diensten.
B. Kosten voor verkoop (Cost of Goods Sold - COGS)
Alle kosten die direct te maken hebben met de productie, zoals:
Grondstoffen
Arbeidskosten van productiemedewerkers
Transportkosten
\(\text{Brutowinst} = \text{Omzet} - \text{COGS}\)
C. Operationele kosten (Operating Expenses)
Kosten die niet direct met productie te maken hebben, zoals:
Lonen van management en administratief personeel
Marketingkosten
Kantoorhuur
\(\text{Operationele Winst (EBIT)} = \text{Brutowinst} - \text{Operationele Kosten}\)
D. Rente en belastingen
Het bedrijf betaalt rentekosten over leningen en belastingen over zijn winst.
Failed to render LaTeX expression — no expression found
De netto winst is wat uiteindelijk overblijft voor aandeelhouders.
3. De Cashflowtabel: Hoe stroomt het geld door het bedrijf?
De cashflowtabel is misschien wel het belangrijkste overzicht, omdat het laat zien hoeveel geld een bedrijf echt genereert.
De Drie Secties van de Cashflowtabel
A. Operationele Cashflow (Cash Flow from Operations)
Laat zien hoeveel cash het bedrijf genereert uit zijn kernactiviteiten.
Belangrijk: Dit verschilt van de resultatenrekening, omdat sommige omzet nog niet is geïnd en sommige kosten nog niet zijn betaald.
B. Investeringscashflow (Cash Flow from Investing Activities)
Toont geldstromen uit investeringen, zoals:
Aankoop of verkoop van machines
Investeringen in andere bedrijven
C. Financieringscashflow (Cash Flow from Financing Activities)
Laat zien hoe het bedrijf geld ophaalt of terugbetaalt via:
Uitgifte van nieuwe aandelen
Opname of aflossing van leningen
4. Hoe deze drie overzichten samenhangen
De balans, resultatenrekening en cashflowtabel zijn met elkaar verbonden:
De resultatenrekening genereert netto winst, die vervolgens in de balans wordt opgenomen als ingehouden winsten.
De cashflowtabel laat zien of de winst echt leidt tot extra cash.
Voor beleggers is de cashflowtabel vaak de meest betrouwbare indicator van de financiële gezondheid van een bedrijf.
Volgende week gaan we dieper in op een aantal veel gebruikte ratio’s die we uit deze drie tabellen kunnen afleiden.
De start:
Dank je wel Sam voor deze lessen! Ik lees ze graag. Helemaal top.